EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52023AP0390

P9_TA(2023)0390 — Europese milieu-economische rekeningen: nieuwe modules — Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 9 november 2023 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr. 691/2011 wat betreft de invoering van nieuwe modules voor milieu-economische rekeningen (COM(2022)0329 – C9-0223/2022 – 2022/0210(COD)) (Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

PB C, C/2024/2852, 8.5.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/C/2024/2852/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

ELI: http://data.europa.eu/eli/C/2024/2852/oj

European flag

Publicatieblad
van de Europese Unie

NL

C-serie


C/2024/2852

8.5.2024

P9_TA(2023)0390

Europese milieu-economische rekeningen: nieuwe modules

Amendementen van het Europees Parlement aangenomen op 9 november 2023 op het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr. 691/2011 wat betreft de invoering van nieuwe modules voor milieu-economische rekeningen (COM(2022)0329 – C9-0223/2022 – 2022/0210(COD))  (1)

(Gewone wetgevingsprocedure: eerste lezing)

(C/2024/2852)

Amendement 1

Voorstel voor een verordening

Overweging 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(1)

Besluit nr. 2022/591 van het Europees Parlement en de Raad van 6 april 2022 betreffende een Algemeen Milieuactieprogramma van de Unie tot 2030 (12) heeft bevestigd dat gedegen informatie over de belangrijkste ontwikkelingen op milieugebied, de bedreigingen en onderliggende drijvende krachten in het kader van milieuverandering van essentieel belang is voor de ontwikkeling van doeltreffend beleid, de uitvoering daarvan en meer in het algemeen de responsabilisering van de burgers. Er moeten instrumenten ontwikkeld worden om het publiek bewuster te maken van de milieueffecten van economische activiteiten. Milieu-economische rekeningen vormen een van die instrumenten.

(1)

Besluit nr. 2022/591 van het Europees Parlement en de Raad van 6 april 2022 betreffende een Algemeen Milieuactieprogramma van de Unie tot 2030 (12) heeft bevestigd dat monitoring, met inbegrip van gedegen informatie over de belangrijkste ontwikkelingen op milieugebied, de bedreigingen en onderliggende drijvende krachten in het kader van milieuverandering van essentieel belang is voor de ontwikkeling van doeltreffend beleid, de uitvoering daarvan om de milieudoelstellingen van de Unie te verwezenlijken, en meer in het algemeen de responsabilisering van de burgers. Er moeten instrumenten ontwikkeld worden om het algemene bewustzijn van de effecten van economische activiteiten op het milieu en de bijdrage van het milieu aan de economie en het welzijn te vergroten . Milieu-economische rekeningen vormen een van die instrumenten.

Amendement 2

Voorstel voor een verordening

Overweging 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(3)

De nieuwe modules moeten rechtstreeks bijdragen aan de beleidsprioriteiten van de Unie inzake groene groei en hulpbronnenefficiëntie .

(3)

De nieuwe modules moeten rechtstreeks bijdragen aan de prioriteiten van het milieubeleid van de Unie zoals vastgelegd in, onder andere, het 8e MAP .

Amendement 3

Voorstel voor een verordening

Overweging 4

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(4)

De Statistische Commissie van de Verenigde Naties heeft het centrale raamwerk van het systeem van milieu-economische rekeningen (System of Environmental Economic Accounts — SEEA) en SEEA-ecosysteemrekeningen tijdens haar 43e zitting in februari 2012 als internationale statistische norm aangenomen en de SEEA-ecosysteemrekeningen (hoofdstukken 1 tot en met 7, waarin het boekhoudkader en de fysieke rekeningen worden beschreven) tijdens haar 52e zitting in maart 2021. De nieuwe modules van deze verordening zijn volledig in overeenstemming met het SEEA.

(4)

De Statistische Commissie van de Verenigde Naties heeft het centrale raamwerk van het systeem van milieu-economische rekeningen (System of Environmental Economic Accounts — SEEA) en SEEA-ecosysteemrekeningen tijdens haar 43e zitting in februari 2012 als internationale statistische norm aangenomen en de SEEA-ecosysteemrekeningen (hoofdstukken 1 tot en met 7, waarin het boekhoudkader en de fysieke rekeningen worden beschreven) tijdens haar 52e zitting in maart 2021. De nieuwe modules van deze verordening zijn volledig in overeenstemming met het SEEA. Daarnaast heeft het SEEA gezorgd voor de uitvoering van het systeem van milieu-economische rekeningen voor water (SEEA-Water), welke het centrale raamwerk van het SEEA steunt.

Amendement 4

Voorstel voor een verordening

Overweging 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(5)

Om haar taken uit hoofde van de Verdragen uit te voeren, met name op het gebied van milieu, duurzaamheid en klimaatverandering, heeft de Unie toegang tot volledige en betrouwbare informatie ter zake nodig. Voor empirisch onderbouwde besluitvorming zijn statistieken nodig die voldoen aan strenge kwaliteitscriteria, zoals uiteengezet in Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad (14), overeenkomstig de doelstellingen ervan.

(5)

Om haar taken uit hoofde van de Verdragen en het internationaal recht uit te voeren, met name op het gebied van milieu, duurzaamheid en klimaatverandering, heeft de Unie toegang tot volledige en betrouwbare informatie ter zake nodig. Voor empirisch onderbouwde besluitvorming zijn statistieken nodig die voldoen aan strenge kwaliteitscriteria, zoals uiteengezet in Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad (14), overeenkomstig de doelstellingen ervan.  Daarnaast moet Eurostat de verzamelde gegevens op een meer toegankelijke en gebruiksvriendelijke wijze presenteren, en deze actief onder de aandacht brengen.

Amendement 36

Voorstel voor een verordening

Overweging 6

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(6)

Om de vooruitgang in de richting van een groene, concurrerende en veerkrachtige circulaire economie beter te kunnen monitoren en de vooruitgang in de richting van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen in een context van de Unie te kunnen monitoren, zijn aanvullende gegevens nodig .

(6)

Om ten laatste in 2050 de doelstelling van klimaatneutraliteit te bereiken, is het van essentieel belang dat alle Uniewetgeving en -processen worden afgestemd op de in het kader van de Europese Green Deal, Verordening (EU) 2021/1119 (de “Europese klimaatwet”), in het bijzonder artikel 6, lid 4, daarvan, en het Fit for 55-pakket vastgestelde milieu- en klimaatdoelstellingen van de Unie voor de lange termijn . In verschillende wetgevingshandelingen van de Unie staat nu reeds dat trends zorgvuldig moeten worden gemonitord en dat er - derhalve - behoefte bestaat aan méér en nauwkeurigere gegevens. Volgens de gegevens van de Commissie zijn er voor de uitvoering van de ambitieuze agenda van de Europese Green Deal flinke investeringen nodig en de particuliere en overheidsinvesteringen die nodig zijn voor de groene transitie worden geraamd op bijna 520 miljard EUR per jaar voor het komende decennium. Daarnaast is er, volgens de gegevens van de Commissie, voor de vermindering van de afhankelijkheid van de Unie van derde landen op het gebied van fossiele brandstoffen en voor de versnelling van de energietransitie van de Unie (weg van fossiele brandstoffen) tegen het einde van 2027 naar schatting nog eens 210 miljard EUR aan aanvullende investeringen nodig. Het is ook duidelijk dat, hoewel een aanzienlijk deel van de investeringen weliswaar door de particuliere sector zal worden verstrekt, ook de overheidsinvesteringen fors zullen moeten toenemen. Gezien dit alles is het van cruciaal belang om van de lidstaten relevante en gedetailleerde gegevens te ontvangen over hun achterblijvende investeringen op klimaat-, energie- en milieugebied om ervoor te zorgen dat de Unie op de juiste weg is om de doelstellingen van de Europese Green Deal te behalen met voldoende particulier en overheidskapitaal dat bestemd is voor de groene transitie. Om al deze redenen is het belangrijk dat het systeem van Europese milieu-economische rekeningen op korte termijn wordt ontwikkeld tot een alomvattend instrument dat significante aanvullende gegevens oplevert voor het monitoren van de uitvoering van de milieuwetgeving van de Unie en beleidsvorming op milieugebied . De Commissie moet een wetgevingsvoorstel voorleggen om nieuwe modules vast te stellen die alle relevante gegevens en rapportagewaarden omvatten in verband met de doelen van de Unie.

Amendement 6

Voorstel voor een verordening

Overweging 6 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(6 bis)

Bij het ontwikkelen en testen van nieuwe modules moet speciale aandacht en prioriteit worden gegeven aan de ontwikkeling van milieu-economische rekeningen met betrekking tot energiesubsidies, met inbegrip van subsidies voor fossiele brandstoffen. In het algemeen milieuactieprogramma voor de Europese Unie voor de periode tot en met 2030 wordt opgeroepen tot de oprichting van een bindend Unie-kader voor de – op basis van een overeengekomen methodologie – monitoring van en verslaglegging over de voortgang van lidstaten richting het uitfaseren van subsidies voor fossiele brandstoffen, en tot het op korte termijn vaststellen van een termijn voor de uitfasering van subsidies voor fossiele brandstoffen overeenkomstig de ambitie de mondiale opwarming te beperken tot 1,5 °C (het doel van de Overeenkomst van Parijs), op het niveau van de Unie alsook op nationaal, regionaal en lokaal niveau. Milieu-economische rekeningen moeten dat doel ondersteunen door in een nieuwe module inzake energiesubsidies, met inbegrip van subsidies voor fossiele brandstoffen, de benodigde gegevens te verschaffen ten behoeve van het monitoren en evalueren van de voortgang.

Amendement 7

Voorstel voor een verordening

Overweging 6 ter (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(6 ter)

Water is een cruciale hulpbron en de opname - in de Europese milieu-economische rekeningen - van een nieuwe module inzake water is een voorwaarde voor duurzaam waterbeheer alsook voor het begrijpen van de relatie tussen water en economische activiteit.

Amendement 37

Voorstel voor een verordening

Overweging 6 quater (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(6 quater)

Aanpassing is een essentieel onderdeel van het mondiale antwoord op lange termijn op de klimaatverandering. Het is nodig de toenemende klimaatgerelateerde risico’s voor de gezondheid aan te pakken, onder meer de frequentere en intensere hittegolven, bosbranden en overstromingen, de bedreigingen voor de voedsel- en waterveiligheid en voor de zekerheid van de voedsel- en watervoorziening, en de opkomst en verspreiding van infectieziekten. De negatieve effecten van de klimaatverandering kunnen mogelijk het aanpassingsvermogen van de lidstaten te boven gaan. De lidstaten en de Unie moeten daarom hun aanpassingsvermogen vergroten, hun veerkracht versterken en hun kwetsbaarheid voor de klimaatverandering verminderen, zoals bepaald in artikel 7 van de Overeenkomst van Parijs, en de gemeenschappelijke baten met andere beleidsinstrumenten en wetgeving maximaliseren. In artikel 5 van Verordening (EU) 2021/1119 worden de lidstaten ertoe verplicht uitgebreide nationale aanpassingsstrategieën en -plannen op te stellen op basis van robuuste analyses met betrekking tot klimaatverandering en kwetsbaarheid, voortgangsbeoordelingen en indicatoren, waarbij ze het beste beschikbare en meest recente wetenschappelijke bewijs als leidraad moeten hanteren. Aangezien het noodzakelijk is om de voortgang in de richting van klimaatadaptatie te monitoren, moet de Commissie een wetgevingsvoorstel voorleggen om een nieuwe module inzake klimaatadaptatie vast te stellen die alle relevante gegevens en rapportagewaarden omvat die verband houden met de aanpassing aan de klimaatverandering.

Amendement 38

Voorstel voor een verordening

Overweging 6 quinquies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(6 quinquies)

Het verlies aan biodiversiteit is een van de belangrijkste kwetsbaarheden waarmee economieën worden geconfronteerd, samen met de klimaatverandering die dit verlies nog eens versterkt. Biodiversiteit is van cruciaal belang voor de voedselzekerheid, het menselijk welzijn en de algemene veerkracht van samenlevingen en economieën. Derhalve moeten de lidstaten en de Unie een steviger antwoord bieden op de biodiversiteitscrisis, in overeenstemming met hun internationale toezeggingen in het kader van het mondiale biodiversiteitskader van Kunming-Montreal. Aangezien het noodzakelijk is om de voortgang in de richting van het omkeren van de achteruitgang van de biodiversiteit te monitoren, moet de Commissie een wetgevingsvoorstel voorleggen om een nieuwe module over biodiversiteit vast te stellen.

Amendement 10

Voorstel voor een verordening

Overweging 6 sexies (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(6 sexies)

Ecosysteemrekeningen als middel om gegevens weer te geven over de omvang en de staat van ecosysteemactiva en de diensten die deze aan de samenleving en de economie leveren, beogen een waarde toe te kennen aan de natuur, waarmee de kosten voor de natuur beter in overweging kunnen worden genomen. Het doel van het vastleggen van monetaire waarden moet liggen in het zichtbaarder maken van de kosten van “niets doen” en in het ondersteunen van de Unie bij het verwezenlijken van haar milieudoelstellingen. Om de module in staat te stellen ten volle aan de verwachtingen te voldoen, moet hij in de toekomst verder worden ontwikkeld, mogelijkerwijs door er rapportage over monetaire waarden in op te nemen.

Amendement 11

Voorstel voor een verordening

Overweging 8

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(8)

In 2019 publiceerde de Europese Rekenkamer Speciaal verslag nr. 2019/16, getiteld “Europese milieu-economische rekeningen: het nut voor beleidsmakers kan worden vergroot” 15. In dat verslag wordt gewezen op de behoefte aan volledigere gegevens over bossen en ecosystemen en volledige tenuitvoerlegging inzake bosrekeningen. (15)

(8)

In 2019 publiceerde de Europese Rekenkamer Speciaal verslag nr. 2019/16, getiteld “Europese milieu-economische rekeningen: het nut voor beleidsmakers kan worden vergroot” (15). In dat verslag wordt gewezen op de behoefte aan volledigere gegevens over bossen en ecosystemen en volledige tenuitvoerlegging inzake bosrekeningen. Bij wijze van conclusie formuleerde de Rekenkamer de volgende drie aanbevelingen: (i) verbetering van het strategisch kader voor gegevens van de Europese milieu-economische rekeningen, (ii) vergroting van de relevantie van de milieu-economische rekeningen voor de beleidsvorming, en (iii) verbetering van de tijdigheid van de gegevens van de Europese milieu-economische rekeningen. In het verslag staat verder dat Eurostat er niet altijd in slaagt tijdig hoogwaardige gegevens te verzamelen. De lidstaten moeten derhalve, binnen de bij deze verordening vastgestelde tijdslimieten, hoogwaardige gegevens aanleveren voor de Europese milieu-economische rekeningen.

Amendement 12

Voorstel voor een verordening

Overweging 9

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(9)

In artikel 5, lid 2, van Verordening (EU) nr. 691/2011 worden de bronnen opgesomd die de lidstaten voor het opstellen van de milieu-economische rekeningen kunnen gebruiken. Om flexibiliteit te waarborgen en de administratieve lasten voor de respondenten, de nationale bureaus voor de statistiek en andere nationale instanties te verminderen, moeten de lidstaten innovatieve benaderingen kunnen toepassen. De lidstaten moeten de Commissie altijd informeren en bijzonderheden verstrekken over de kwaliteit van die benaderingen, zodat de Commissie de kwaliteit van de gegevens kan beoordelen.

(9)

In artikel 5, lid 2, van Verordening (EU) nr. 691/2011 worden de bronnen opgesomd die de lidstaten voor het opstellen van de milieu-economische rekeningen kunnen gebruiken. Om flexibiliteit te waarborgen en de administratieve lasten voor de respondenten, de nationale bureaus voor de statistiek en andere nationale instanties te verminderen, moeten de lidstaten innovatieve benaderingen kunnen toepassen , zoals aardobservatie (Copernicus-diensten) . De lidstaten moeten de Commissie altijd informeren en bijzonderheden verstrekken over de kwaliteit van die benaderingen, zodat de Commissie de kwaliteit van de gegevens kan beoordelen. Copernicus-diensten moeten verder worden ontwikkeld om het verzamelen van gegevens meer en meer te automatiseren, en hiervoor moeten voldoende financiële middelen ter beschikking worden gesteld.

Amendement 39

Voorstel voor een verordening

Overweging 11

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(11)

De in artikel 10 van Verordening (EU) nr. 691/2011 opgenomen lijst van mogelijke toekomstige Europese milieu-economische rekeningen moet worden bijgewerkt om ze af te stemmen op de huidige beleidsprioriteiten van de Unie .

(11)

Gezien de dringende noodzaak om het systeem van Europese milieu-economische rekeningen uit te breiden voor beleidsvorming en monitoring, moet de Commissie een wetgevingsvoorstel voorleggen om de in deze verordening vermelde nieuwe modules vast te stellen en de bestaande modules die zijn opgenomen in bijlagen bij Verordening (EU) nr. 691/2011 te verbeteren en verder te ontwikkelen .

Amendement 14

Voorstel voor een verordening

Overweging 14

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(14)

Om rekening te houden met de huidige stand van de ontwikkeling van methodologieën om ecosysteemdiensten te waarderen , moet aan de Commissie de bevoegdheid worden gedelegeerd om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ter aanvulling van de verordening, door vast te stellen voor welke van de reeds in de rapportagetabellen in deel 5 van bijlage IX opgenomen ecosysteemdiensten monetaire waarden alsmede het eerste referentiejaar en een lijst van aanvaardbare methoden voor de vaststelling van die monetaire waarden moeten worden gerapporteerd . Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij de voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen gebeuren in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven (17). Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die de gedelegeerde handelingen voorbereiden.

(14)

Om het systeem van Europese milieu-economische rekeningen verder te ontwikkelen , moet aan de Commissie de bevoegdheid worden gedelegeerd om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie handelingen vast te stellen ter aanvulling van de verordening, door nieuwe modules vast te stellen en de bestaande modules te wijzigen . Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij de voorbereidende werkzaamheden tot passende raadplegingen overgaat, onder meer op deskundigenniveau, en dat die raadplegingen gebeuren in overeenstemming met de beginselen die zijn vastgelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven (17). Met name om te zorgen voor gelijke deelname aan de voorbereiding van gedelegeerde handelingen ontvangen het Europees Parlement en de Raad alle documenten op hetzelfde tijdstip als de deskundigen van de lidstaten, en hebben hun deskundigen systematisch toegang tot de vergaderingen van de deskundigengroepen van de Commissie die de gedelegeerde handelingen voorbereiden.

Amendement 15

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt -1 (nieuw)

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 1 – alinea 1 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

-1.

Aan artikel 1, alinea 1, wordt de volgende alinea toegevoegd:

 

De algemene doelstelling is het verzamelen van gegevens ter ondersteuning van de monitoring en evaluatie van de voortgang die de Unie boekt bij het verwezenlijken van haar milieudoelstellingen als bedoeld in de wetgeving van de Unie, alsook van haar internationale toezeggingen op dit gebied.

Amendement 16

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 1

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 2 – alinea 1 – punt 8

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

8)

“milieusubsidies en soortgelijke overdrachten”: inkomens- en kapitaaloverdrachten, zoals gedefinieerd in ESR 2010, ter ondersteuning van activiteiten ter bescherming van het milieu en de bescherming van natuurlijke hulpbronnen en aanverwante producten;

8)

“milieusubsidies en soortgelijke overdrachten”: inkomens- en kapitaaloverdrachten, zoals gedefinieerd in ESR 2010, ter ondersteuning van activiteiten ter bescherming van het milieu en de bescherming van natuurlijke hulpbronnen en aanverwante producten;

Amendement 40

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – a bis (nieuw)

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 3 – lid 1 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

a bis)

het volgende lid wordt ingevoegd:

 

“1 bis.     Uiterlijk ... [3 jaar na de datum van inwerkingtreding van deze verordening] legt de Commissie in overeenstemming met artikel 9 een wetgevingsvoorstel voor voor het ontwikkelen van de volgende modules:

 

a)

energiesubsidies, met inbegrip van subsidies voor fossiele brandstoffen;

 

b)

subsidies of steunmaatregelen die mogelijk schadelijk zijn voor het milieu, andere dan die als bedoeld in punt a);

 

c)

waterrekeningen (kwantitatief en kwalitatief);

 

d)

afvalrekening;

 

e)

benuttingspercentage van circulair materiaal;

 

f)

klimaatmitigatie;

 

g)

klimaatadaptatie;

 

h)

bescherming en herstel van biodiversiteit en ecosystemen;

 

i)

preventie en beheersing van verontreiniging;

 

j)

uitgavenrekeningen voor hulpbronnenbeheer, inclusief kritieke grondstoffen;

 

k)

milieuvoetafdruk.”;

Amendement 18

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – b

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 3 – lid 4 bis

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

4 bis.   De Commissie (Eurostat) verricht een methodologische en haalbaarheidsstudie naar de monetaire waardering van ecosysteemdiensten. Op basis van de resultaten van deze studie kan de Commissie deze verordening aanvullen om, door middel van een gedelegeerde handeling, te bepalen voor welk(e) van de reeds in de rapportagetabellen in deel 5 van bijlage IX opgenomen natuurlijk kapitaal en ecosysteemdiensten monetaire waarden moeten worden gerapporteerd, en het eerste referentiejaar en een lijst van aanvaardbare methoden voor de vaststelling van deze monetaire waarden te bepalen .

4 bis.    Uiterlijk ... [18 maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening] dient de Commissie (Eurostat) een verslag in bij het Europees Parlement en de Raad over de monetaire waardering van ecosysteemdiensten. Het verslag omvat onder meer een beoordeling van de methodologische mogelijkheden en de haalbaarheid van monetaire waardering, mogelijke rapportagewaarden waar die waarden ontbreken en mogelijke alternatieve manieren om metingen uit te voeren voor rekeningen voor ecosysteemdiensten . Het verslag kan zo nodig vergezeld gaan van een wetgevingsvoorstel tot wijziging van deze verordening. ;

Amendement 19

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 – b bis (nieuw)

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 3 – lid 4 bis bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

b bis)

het volgende lid 4 bis bis wordt ingevoegd:

 

4 bis bis.     Uiterlijk ... [één jaar na de datum van inwerkingtreding van deze verordening] publiceert de Commissie een studie waarin de momenteel in deze verordening opgenomen rapportagegegevens voor klimaatveranderingsmitigatie worden geanalyseerd, en presenteert ze een voorstel voor het creëren van een speciale klimaatadaptatiemodule om ervoor te zorgen dat de lidstaten alle rapportagewaarden aandragen die bijdragen aan het verwezenlijken van de doelstellingen van de Europese Green Deal en de Europese klimaatwet, het Fit for 55-pakket en de verordening voor een nettonulindustrie. De studie gaat vergezeld van een indicatieve tijdslijn voor de toekomstige ontwikkeling van de modules.

Amendement 21

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 2 bis (nieuw)

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 4 – lid 1

Bestaande tekst

Amendement

 

(2 bis)

Artikel 4, lid 1, wordt vervangen door:

1.   De Commissie stelt een programma voor proefstudies op die op vrijwillige basis door de lidstaten moeten worden uitgevoerd om de verslaglegging verder te ontwikkelen en de kwaliteit van de gegevens te verbeteren, lange tijdreeksen op te stellen en de methodologie verder te ontwikkelen. Het programma omvat proefstudies waarmee de haalbaarheid wordt getest van de invoering van nieuwe milieu-economische rekeningmodules. Bij het opstellen van het programma waarborgt de Commissie dat er op de lidstaten en de respondenten geen aanvullende administratieve of financiële lasten komen te rusten.

"1.   De Commissie stelt een programma voor proefstudies op die op vrijwillige basis door de lidstaten moeten worden uitgevoerd om de verslaglegging verder te ontwikkelen en de kwaliteit van de gegevens te verbeteren, lange tijdreeksen op te stellen en de methodologie verder te ontwikkelen. Het programma omvat proefstudies waarmee de nieuwe milieu-economische rekeningmodules worden getest. Bij het opstellen van het programma besteedt de Commissie bijzondere aandacht aan modules die gegevens opleveren over energiesubsidies, met inbegrip van subsidies voor fossiele brandstoffen, en waarborgt ze dat er op de lidstaten en de respondenten geen aanvullende administratieve of financiële lasten komen te rusten.

Amendement 22

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 3

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 5 – lid 2 – punt d

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

d)

andere relevante informatiebronnen, methoden of innovatieve benaderingen, voor zover hiermee statistieken kunnen worden gegenereerd die onderling vergelijkbaar zijn en die voldoen aan de toepasselijke specifieke kwaliteitseisen.

d)

andere relevante informatiebronnen, methoden of innovatieve benaderingen, voor zover hiermee milieu-economische rekeningen kunnen worden gegenereerd die onderling vergelijkbaar zijn en die voldoen aan de toepasselijke specifieke kwaliteitseisen.

Amendement 23

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 3

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 5 – lid 2 – alinea 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

Lidstaten die besluiten om de in punt d), vermelde bronnen, methoden of innovatieve benaderingen te gebruiken, informeren de Commissie (Eurostat) hierover in het jaar voorafgaand aan het referentiejaar waarin de bronnen, methoden of innovatieve benaderingen worden opgenomen, en geven nadere informatie over de kwaliteit van de verkregen gegevens.

Lidstaten die besluiten om de in punt d), vermelde bronnen, methoden of innovatieve benaderingen te gebruiken, informeren de Commissie (Eurostat) hierover in het jaar voorafgaand aan het referentiejaar waarin de bronnen, methoden of innovatieve benaderingen worden opgenomen, en geven nadere informatie over de kwaliteit van de verkregen gegevens. Uiterlijk drie maanden na te zijn geïnformeerd, kan de Commissie de lidstaten adviseren een specifieke innovatieve benadering niet te gebruiken als zij van mening is dat het risico bestaat dat de kwaliteit van de gegevens onvoldoende is, of aanbevelingen doen over hoe de vereiste kwaliteit van de gegevens kan worden bereikt. De Commissie faciliteert de uitwisseling tussen de lidstaten van goede praktijken over innovatieve benaderingen. De Commissie publiceert alle informatie die zij uit hoofde van deze alinea van de lidstaten ontvangt, alsook - in voorkomend geval - haar advies.

Amendement 24

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 3 bis (nieuw)

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 6 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

(3 bis)

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

 

Artikel 6 bis

 

Uiterlijk ... [18 maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening] ontwikkelen de Commissie (Eurostat) en het Europees Milieuagentschap (EEA) ten behoeve van het Europees klimaatdashboard wetenschappelijk gefundeerde en vrij toegankelijke informatie over de stand van zaken aangaande gegevens die onder de modules vallen, zoals het traject voor de reductie van broeikasgasemissies, en houden daarbij rekening met de doelstellingen als bedoeld in de Europese klimaatwet, vooruitgang in de richting van herstel van de biodiversiteit, en de daarmee verband houdende investeringen. Het dashboard wordt jaarlijks geactualiseerd, en bestrijkt dan nieuwe modules en beschikbare gegevens.

Amendement 25

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 4

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 8 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2.   Om een afwijking uit hoofde van lid 1 voor de bijlagen VII, VIII en IX te verkrijgen, dient de betrokken lidstaat uiterlijk op [OP, gelieve de exacte datum in te voegen: 24 maanden na inwerkingtreding van deze verordening] een naar behoren gemotiveerd verzoek in bij de Commissie.

2.   Om een afwijking uit hoofde van lid 1 voor de bijlagen VII, VIII en IX te verkrijgen, dient de betrokken lidstaat uiterlijk op [OP, gelieve de exacte datum in te voegen: 24 maanden na inwerkingtreding van deze verordening] een naar behoren gemotiveerd verzoek in bij de Commissie. De Commissie publiceert alle van de lidstaten ontvangen verzoeken.

Amendement 26

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – a

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 9 – lid 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2.   De in artikel 3, leden 3, 4 en 4 bis , bedoelde bevoegdheidsdelegatie wordt aan de Commissie voor een termijn van vijf jaar toegekend met ingang van 11 augustus 2011. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet.

2.   De in artikel 3, leden  1 bis, 3, 4 en 4 bis ter , bedoelde bevoegdheidsdelegatie wordt aan de Commissie voor een termijn van vijf jaar toegekend met ingang van 11 augustus 2011. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet.

Amendement 27

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – a

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 9 – lid 3

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

3.   Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, leden 3, 4 en 4 bis , bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

3.   Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 3, leden  1 bis, 3, 4 en 4 bis ter , bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

Amendement 28

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 5 – b

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 9 – lid 5

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

5.   Een overeenkomstig artikel  3, leden 3 , 4 en 4 bis , vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad daartegen geen bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie voor het verstrijken van die termijn hebben meegedeeld daartegen geen bezwaar te zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd.

5.   Een overeenkomstig artikel 3, leden  1 bis,  3, 4 en 4 bis ter , vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement of de Raad binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad daartegen geen bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad de Commissie voor het verstrijken van die termijn hebben meegedeeld daartegen geen bezwaar te zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd.

Amendement 29

Voorstel voor een verordening

Artikel 1 – alinea 1 – punt 6

Verordening (EU) nr. 691/2011

Artikel 10 – lid 2 – streepje 1

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

(6)

in artikel 10 wordt het eerste streepje vervangen door:

(6)

in artikel 10 worden het eerste streepje geschrapt.

-

voor de invoering van nieuwe milieu-economische rekeningmodules, zoals (kwantitatieve en kwalitatieve) waterrekeningen, uitgavenrekeningen voor hulpbronnenbeheer, subsidies of ondersteunende maatregelen die potentieel schadelijk zijn voor het milieu en afvalrekeningen;

 

Amendement 30

Voorstel voor een verordening

Artikel 2 – lid 1 bis (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

Teneinde de in Verordening (EU) 2021/1119 vastgestelde doelstellingen te verwezenlijken, dienen de lidstaten gegevens in betreffende de beperking van de klimaatverandering per 1 januari 2025. In de verstrekte gegevens over investeringen ten behoeve van klimaatveranderingsmitigatie zijn, in voorkomend geval, actuele investeringen en kapitaaloverdrachten door institutionele sectoren, waaronder de algemene overheid, bedrijven en huishoudens, geïntegreerd voor de in bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 vermelde activiteiten, en wordt verduidelijkt of een coëfficiënt van 40 % of 100 % is toegekend voor de berekening van steun op het vlak van klimaatverandering, voor de in NACE Rev. 2 vermelde sectoren (aggregatieniveau A*64).

Amendement 31

Voorstel voor een verordening

Bijlage I

Verordening (EU) nr. 691/2011

Bijlage VII – deel 4 – punt 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2)

De statistieken worden binnen 21 maanden na het einde van het referentiejaar ingediend.

2)

De statistieken worden binnen twaalf maanden na het einde van het referentiejaar ingediend.

Amendement 32

Voorstel voor een verordening

Bijlage I

Verordening (EU) nr. 691/2011

Bijlage VIII – deel 4 – punt 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2)

De statistieken worden binnen 24 maanden na het einde van het referentiejaar ingediend.

2)

De statistieken worden binnen twaalf maanden na het einde van het referentiejaar ingediend.

Amendement 33

Voorstel voor een verordening

Bijlage I

Verordening (EU) nr. 691/2011

Bijlage IX – deel 3 – alinea 1 – punt 3 – e – streepje 3 (nieuw)

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

 

index van veelvoorkomende bosvogels; De bosvogelindicator beschrijft de ontwikkeling van de populatie van veelvoorkomende bosvogels in hun Europese verspreidingsgebied in de loop van de tijd. Deze samengestelde index is opgebouwd uit waarnemingsgegevens van vogelsoorten die kenmerkend zijn voor de Europese boshabitats. De index is gebaseerd op een specifieke soortenlijst per lidstaat.

Amendement 34

Voorstel voor een verordening

Bijlage I

Verordening (EU) nr. 691/2011

Bijlage IX – deel 3 – alinea 1 – punt 4 – c

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

c)

Culturele diensten

c)

Toeristische diensten in de natuur

Amendement 35

Voorstel voor een verordening

Bijlage I

Verordening (EU) nr. 691/2011

Bijlage IX – deel 4 – punt 2

Door de Commissie voorgestelde tekst

Amendement

2)

De statistieken worden binnen 24 maanden na het einde van het referentiejaar ingediend.

2)

De statistieken worden binnen twaalf maanden na het einde van het referentiejaar ingediend.


(1)  De zaak werd voor interinstitutionele onderhandelingen terugverwezen naar de bevoegde commissie op grond van artikel 59, lid 4, vierde alinea, van het Reglement (A9-0296/2023).

(12)   PB L 114 van 12.4.2022, blz. 22.

(12)   PB L 114 van 12.4.2022, blz. 22.

(14)  Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 betreffende de Europese statistiek en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1101/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toezending van onder de statistische geheimhoudingsplicht vallende gegevens aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen, Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek en Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad tot oprichting van een Comité statistisch programma van de Europese Gemeenschappen (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164).

(14)  Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 betreffende de Europese statistiek en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1101/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toezending van onder de statistische geheimhoudingsplicht vallende gegevens aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen, Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek en Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad tot oprichting van een Comité statistisch programma van de Europese Gemeenschappen (PB L 87 van 31.3.2009, blz. 164).

(15)   https://www.eca.europa.eu/nl/Pages/DocItem.aspx?did=51214

(15)   https://www.eca.europa.eu/nl/Pages/DocItem.aspx?did=51214

(17)   PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.

(17)   PB L 123 van 12.5.2016, blz. 1.


ELI: http://data.europa.eu/eli/C/2024/2852/oj

ISSN 1977-0995 (electronic edition)


Top